Natuurlijk maaien belangrijk voor dieren en insecten

De gemeente Woerden zet steeds meer in op het natuurlijk maaien van grasvelden en slootkanten. Dat betekent dat we slootkanten laten groeien en een gedeelte van de gazons niet of minder worden gemaaid. Dit doen we zodat grassen, kruiden en bloemen beter kunnen groeien en insecten meer voedsel kunnen vinden. Dit jaar is ervoor gekozen om ook een aantal veldjes en slootkanten in woonwijken niet te maaien. Hierdoor ontstaat er een groter en rijker leefgebied voor bijen en vlinders.

Omdat de biodiversiteit afneemt zoekt de gemeente naar mogelijkheden om het groenbeheer op een andere manier te doen. Waar inwoners nog gewend waren aan strakke gazons en bermen, laten we de natuur nu zijn gang gaan. Eerder werd er op 28 locaties al minder gemaaid en ieder jaar zet de gemeente stappen in verbetering. Dit jaar krijgen nog eens 25 locaties in de woonwijken meer ruimte om te groeien en te bloeien. Op stroken waar nu narcissen en krokussen bloeien, laten we het gras er omheen ongerept. Zo kunnen grassen en kruiden opkomen, zodat er na het uitbloeien van de bollen nog steeds voedsel is voor de dieren en insecten. Op deze manier is er voedselaanbod van januari tot en met eind juni.

Waar maaien we wel
Niet overal kunnen we het gras en de kruiden zomaar laten groeien, waardoor er nog regelmatig maaimachines rondrijden. Gazons met een functie, zoals een speelveld of hondenuitrenveld, maaien we wel. Hetzelfde als de kleine gazons, die als locatie niet altijd geschikt zijn om het gras te laten groeien. Hier groeien te weinig kruiden en bloemen waardoor het weinig nut heeft. Dat komt omdat het gazongras is en geen ruig gras zoals een berm in het buitengebied. Daarnaast is het nodig om voor de verkeersveiligheid bermranden en zichthoeken bij kruispunten, speelplaatsen en drukke fietspaden te blijven maaien. Van de totaal oppervlakte van 2.363.500 m2 grassen in de gemeente Woerden, wordt 33.900 m² dit jaar niet of minder gemaaid.  

Minder maaien heeft voordelen
Door minder te maaien krijgen grassen, kruiden en bloemen meer kans om langer te bloeien en te groeien. Hierdoor ontstaat er een rijker leefgebied voor verschillende insecten, zoals bijen, kevers, vlinders en hommels. Die insecten zijn op hun beurt weer voedsel voor vogels of andere dieren, wat bijdraagt aan een beter ecosysteem. Ook draagt het niet of minder maaien bij aan vermindering van de negatieve effecten van klimaatverandering. De aannemers hanteren een ruime periode waarbinnen niet of minder wordt gemaaid. Vaak maaien ze vanaf half april niet meer. Dit sluit beter aan op de levenscyclus van veel soorten wilde bijen, die gemiddeld 6 tot 8 weken duurt. De maaiwerkzaamheden worden pas vanaf eind juni weer opgepakt. Daarna volgt er nog een maaironde in het najaar.